Wooncoop omschrijft zelf hun woonmodel als: "wooncoopen is een alternatief voor klassiek huren of kopen. Het zweeft er ergens tussenin. Je kan als bewoner, afhankelijk van jouw financiële situatie, jouw maandlast bepalen. Dit stelt je ook in staat om doorheen jouw wooncarrière meer of minder aandelen op te bouwen." Je vindt meer info op hun website. Cohousingprojecten zijn vaak geen goedkope woonprojecten: je bent mee eigenaar van gemeenschappelijke gebouwen of grond, vaak wordt er duurzaam gebouwd, enz. Dit zijn zinvolle investeringen, maar dat betaal je mee in de aankoopprijs. Vandaar dat het wooncoop-model me zeker aanspreekt. Ik wil dit verder uitzoeken, ook omdat ze op hun website een aantal projecten inclusief noemen. Ik ga verder aan de slag om te kijken wat Wooncoop kan betekenen in mijn woonzoektocht.
0 Comments
De juridische en financiële kant van het verhaal Naast de organisatie van de ondersteuning, vormt de juridische en financiële kant van zelfstandig wonen eveneens een struikelblok. Michael zocht hiervoor ondersteuning bij Onafhankelijk Leven vzw, een erkende bijstandsorganisatie waar hij tevreden over is. Onafhankelijk Leven helpt mensen met een ondersteuningsnood hun leven zo zelfstandig mogelijk in te vullen.
Dat was toch wel spannend! Ik had een afspraak bij de notaris met mijn ouders om de zorgvolmacht in orde te brengen. We hadden op voorhand al de volledige tekst gekregen, 17 pagina's lang, zodat ik die al eens kon lezen, maar dat werd voornamelijk ploeteren door juridisch taalgebruik.
Om te zorgen dat de ondertekening van de zorgvolmacht rechtsgeldig verliep, moesten er twee externe, onbekende getuigen aanwezig zijn, om in te schatten dat ik zelf niet in staat ben om mijn handtekening te zetten en wilsbekwaam ben. Daarnaast mocht ik ook mijn logopediste meenemen, als vertaler-tolk van mijn ondersteunde communicatie. In deze versie van mijn zorgvolmacht zijn enkel mijn ouders opgenomen als lasthebbers, nog geen opvolgers. Ook staat hierin enkel opgenomen dat zij, in samenspraak met mij, mijn goederen mogen beheren. In een tweede versie zal ik - hopelijk binnenkort - ook opvolgers opnemen én de omschrijving van hoe ik wil leven. Dat zal een heel concrete opsomming zijn van welke keuzes ik maak over mijn leven en hoe deze gerespecteerd moeten worden. Oef... zo ver zijn we dus al! En nu nadenken wat er allemaal moet beschreven worden in de tweede versie! Een andere notaris, nieuwe info...Ik ging ook nog ten rade bij een andere notaris en die gaf weer andere informatie mee. Hij zag buitengerechtelijke bescherming en een stichting niet als de ideale oplossing voor mijn situatie.
Deze notaris stelde voor om met een zorgvolmacht te werken: Als je de controle over het beheer van je goederen verliest, (=wilsonbekwaam wordt) kun je iemand een volmacht geven om jouw vermogen te beheren en beslissingen te nemen over jou. In dat geval ben jij de lastgever. De persoon die je vermogen beheert, is de lasthebber. Info van: https://www.cm.be/wat-te-doen/thuiszorg/juridisch/zorgvolmacht Dan zou ik in eerste instantie mijn ouders aanduiden als lasthebbers en al twee opvolgers. Daarbovenop kies ik leden voor een Raad van Toezicht die de lasthebbers controleren en bijstaan. Volgens de notaris kan ik een zorgvolmacht veel meer worden opgenomen dan enkel het beheer van goederen, bijvoorbeeld ook informatie over de manier waarop ik wil wonen, dat ik om de zes weken naar de kapper wil kunnen gaan, dat ik mijn eigen hobby's kan kiezen, dat ik mijn eigen assistenten kan kiezen en mijn ondersteuning kan regelen zoals ik dat wil, enz. Een zorgvolmacht treedt in werking wanneer een persoon wilsonbekwaam wordt. Bij mij echter zou dit onmiddellijk dan het geval zijn, aangezien ik wilsbekwaam ben, wordt in de zorgvolmacht beschreven dat de lasthebbers enkel in opdracht van mij of na overleg met mij mogen handelen. Of beter gezegd: ik neem de beslissingen, de lasthebbers ondersteunen me hierbij en voeren mijn beslissing uit (bv. zij zetten hun handtekening in mijn naam). Daarnaast zit er in die zorgvolmacht een clausule waarin ik kan aangeven wie mijn bewindvoerder moet worden, mocht er toch ooit tussenkomst komen van een Vrederechter die beslist dat ik toch een bewindvoerder nodig heb, omdat de lasthebbers hun taak niet naar behoren uitvoeren. Op die manier kan ik al anticiperen mocht deze situatie zich toch nog ooit voordoen. Ik ben meerderjarig en weet wat ik wil. Toch is het niet vanzelfsprekend dat mijn wil altijd gehoord en gerespecteerd zal worden door mensen die mij niet kennen, doordat ik mijn wil niet luidop kan verwoorden, maar via ondersteunde communicatie mijn mening te kennen geef. Ik wil de zekerheid dat ik altijd mijn eigen keuzes kan blijven maken en ik wil dat dit juridisch verankerd is.
Ik nam hiervoor contact op met een notaris en die gaf me volgende informatie: Op 1 september 2014 is de wet tot hervorming van het statuut van onbekwamen in werking getreden. Voortaan is er nog maar 1 beschermingsstatuut voor meerderjarigen: het bewind. Zo kan de Vrederechter voortaan, bij wilsonbekwaamheid (bv. dementie) zowel een bewindvoerder over de persoon als een bewindvoerder over de goederen aanstellen. Zolang men wilsbekwaam is kan men bij notariële akte een verklaring van voorkeur tot aanwijzing van een bewindvoerder of vertrouwenspersoon laten opmaken. Het bewind impliceert o.m. een jaarlijkse controle van het beheer dat door de bewindvoerder wordt uitgeoefend door de Vrederechter. De bewindvoerder wordt m.a.w. gecontroleerd in het belang van de beschermde persoon. Bewindvoering is niet van toepassing voor mij, aangezien dit enkel voor wilsonbekwame personen geldt. Ik ben wel degelijk wilsbekwaam, maar heb ondersteuning nodig bij de communicatie van mijn wil, door personen die mij (en mijn communicatie) goed kennen. Bij bewindvoering kan ik als wilsbekwame persoon wel kiezen wie mijn bewindvoerder wordt, maar die persoon wordt dus gecontroleerd door de Vrederechter. Stel dat op een bepaald moment de Vrederechter van mening is dat ik beter af zou zijn in een residentiële voorziening, dan kan die dit beslissen over de volmacht van mijn bewindvoerder heen. Ook controleert de Vrederechter dan mijn uitgaven, die de bewindvoerder in mijn naam maakt, dus stel dat ik eens een mooie zetel wil kopen, kan het zijn dat de Vrederechter beslist dat die uitgave niet gegrond is. Op die manier zou ik (en mijn bewindvoerder) de rest van mijn leven moeten verantwoorden wat ik doe en koop. Gelukkig had de notaris nog meer te vertellen: De wet van 14 juni 2013 tot hervorming van het statuut van onbekwamen biedt naast de gerechtelijke bescherming (het bewind) ook de mogelijkheid voor wilsbekwame personen om via een lastgeving (volmacht) een buitengerechtelijke bescherming te organiseren. Dit is geheel nieuw en toch wel een kleine revolutie in ons recht! Wilsbekwame personen kunnen sedert 1 september 2014 dus zelf iemand aanstellen om, voor het geval zij wilsonbekwaam zouden worden, hun zaken te regelen; in dat geval vervalt de regeling onder toezicht van de Vrederechter. Dankzij de invoering van de buitengerechtelijke bescherming kies ik zelf personen die samen met mij alle belangrijke keuzes maken, zonder dat een externe Vrederechter, die mij niet kent, daar iets over te zeggen heeft. Concreet zie ik dit nu voor mij dat ik een klein groepje mensen rond mij verzamel die ik aanstel als vertrouwenspersonen, in eerste instantie onder andere mijn ouders en nog een tweetal personen extra. Dit zijn personen waarin ik het vertrouwen heb dat zij steeds mijn keuzes zullen respecteren en mijn wil zullen verwoorden. Zij duiden nu al een opvolger aan, in samenspraak met mij. Op die manier hoop ik de juridische zekerheid te hebben dat ik altijd mijn eigen keuzes zal kunnen blijven maken. Fondation Shan is een stichting die opgebouwd is voor en rond Shan. Zij heeft ook heel wat ondersteuninig nodig en organiseert dit ook door samen te huizen met anderen.
Er zitten heel wat boeiende ideeën in hun manier van werken. Nog een cohousingproject dat worstelt met een juridisch hokje om in te passen...Dit artikel verscheen vandaag in de Standaard.
https://www.standaard.be/cnt/dmf20200226_04866640 Hierin komt het verhaal aan bod van een cohousingproject van ouderen met een zorgbehoefte. Ze bestaan al enkele jaren en de bewoners zijn heel tevreden met deze woonvorm. Nu dreigt dit project te moeten stoppen omdat het niet in een bestaand juridisch kadertje te vatten is: het voldoet niet aan de normen van een rusthuis en het voldoet niet om als niet-erkende assistentiewoning te worden geregistreerd. Nu mikken de organisatoren en bewoners om erkend te worden als cohousingproject, maar dan moeten ze aantonen dat de bewoners het allemaal in eigen handen hebben; ‘De centrale vraag blijft: hebben de ouderen hier zelf de touwtjes in handen, of niet?’ Joris Moonens Agentschap Zorg en Gezondheid Ik herken hierin de zoektocht naar een juridisch kader om een woonvorm te kunnen registreren. Ik weet immers ook nog niet hoe ik mijn samenhuizen in een cohousingproject juridisch vorm zal geven. |
AuteurSofie De Schryver, 32 jaar
|